• stof·hoes
enkelvoud meervoud
naamwoord stofhoes stofhoezen
verkleinwoord stofhoesje stofhoesjes

de stofhoesv / m

  1. bescherming tegen het stof die om een voorwerp wordt aangebrach
     op de frontpagina!" Ze liep naar de tafel en spreidde het blad uit op de stofhoes.[1]



  1. Victoria Holt
    “Burcht der verschrikking” (1966), Saga, ISBN 9788726484878