Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sterk·ten aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aansterken

sterkten (…) aan

  1. meervoud verleden tijd van aansterken
    • Wij sterkten aan. 
    • Jullie sterkten aan. 
    • Zij sterkten aan. 

Gangbaarheid