stenenverzameling
- ste·nen·ver·za·me·ling
- samenstelling van steen zn en verzameling zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stenenverzameling | stenenverzamelingen |
verkleinwoord | stenenverzamelingetje | stenenverzamelingetjes |
de stenenverzameling v
- groep met zorg geselecteerde en bewaarde stenen
- ▸ Ik had een kleine tas bij me met daarin mijn andere jurk, mijn cape, het houten kruis dat mijn vader voor me had gemaakt, warme kousen die mijn zus had gestopt, en mijn stenenverzameling.[1]
- ▸ Ook als de beroemdheid straks weer verdwenen is, zal Emmermann een blijvende herinnering hebben aan zijn goede daad: er werd een asteroïde naar hem vernoemd. Die is het pronkstuk van zijn stenenverzameling, al zal hij hem nooit vast kunnen houden. "Hij is zo'n 2 bij 2 bij 7 kilometer groot. Een beetje groot om in de kast te leggen."[2]
- Het woord 'stenenverzameling' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Danielle Teller (vert. Marja Borg)“Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026346477
- ↑ Weblink bron Lambert Teuwissen“'Maansteenroof was het ultieme egoïsme'” (14-07-2011), NOS