Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stelt scha·de·loos
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
schadeloosstellen

stelt (...) schadeloos

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schadeloosstellen
    • Jij stelt schadeloos. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schadeloosstellen
    • Hij stelt schadeloos. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van schadeloosstellen
    • Stelt schadeloos!