Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stel·den sa·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
samenstellen

stelden (…) samen

  1. meervoud verleden tijd van samenstellen
    • Wij stelden samen. 
    • Jullie stelden samen. 
    • Zij stelden samen. 

Gangbaarheid