Met die uitspraak zette een van mijn studenten de toon tijdens een discussie over ongelijkheid. De ‘neet’ was in dit geval het jonge kind met een migratieachtergrond dat over enkele weken weer in haar stageklas zou zitten. Ik geef namelijk les aan de leraren van morgen. O jawel, ze vond die ‘zwarte kindjes’ schattig en ze zou haar uiterste best doen om hen wat bij te leren, maar in haar achterhoofd was er toch altijd weer haar moeder die zei: ‘Neten worden…’ [1]
Ook de toekomstige juffen op de Marnix Academie weten nu al dat ze korter willen werken als ze later kinderen krijgen. De vrouwelijke studenten willen vooral voorkomen dat hun kind straks twee ouders heeft met een voltijdbaan. „Ik vind het belangrijk dat er iemand is voor de kinderen, zegt Anouk Vlasblom. „In mijn stageklas zitten kinderen van wie de ouders altijd van huis zijn. Die zijn daar echt niet blij mee.” Vlasblom vindt het ook gewoon leuk om met kinderen om te gaan en ze te zien opgroeien. „Dus ik vind het helemaal niet erg om thuis te zijn.” [2]