spurts
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spurts
Woordherkomst en -opbouw
- spurt met uitgang -s
Zelfstandig naamwoord
de spurts mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord spurt
Synoniemen
Engels
Werkwoord
Werkwoord
spurts
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) spurt
Zelfstandig naamwoord
spurts mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord spurt