• spreekt kwaad
vervoeging van
kwaadspreken

spreekt (…) kwaad

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwaadspreken
    • Jij spreekt kwaad. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwaadspreken
    • Hij spreekt kwaad. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kwaadspreken
    • Spreekt kwaad!