spookburger
- Geluid: spookburger (hulp, bestand)
- spook·bur·ger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spookburger | spookburgers |
verkleinwoord | spookburgertje | spookburgertjes |
de spookburger m
- iemand die geen adres heeft en daardoor onbereikbaar is voor de overheid, vaak gaat het om een dakloze
- Doordat de gemeente kosten wilde besparen kreeg de dakloze man geen adres en werd deze een spookburger.
- het op een ander adres wonen dan iemand ingeschreven staat
- Het woord spookburger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.