spekkies
  • spek·kie
enkelvoud meervoud
naamwoord spekkie spekkies
verkleinwoord

het spekkieo

  1. zacht snoep gemaakt van suiker en opgeklopt eiwit
    • In de psychologie is een reeks klassieke onderzoeken uitgevoerd over het vermogen van kinderen tot uitstel van bevrediging. In de vroegste daarvan werden marshmallows (zachte snoep dat lijkt op onze 'spekkies') op tafel gelegd. De onderzoeker zei vervolgens dat hij een paar minuten de kamer uit zou gaan. De kinderen kónden de marshmallows dan meteen opeten. Maar als ze er nog lagen wanneer hij terugkwam zou hij hun er meer geven. [1] 
    • Negenjarig, hartveroverend meisje Bonnie moet het zien te rooien met manisch-depressieve moeder (Carice van Houten). Bonnie slaat zich er doorheen, met behulp van de dropveter en spekkie-etende meester en een rossig schoolvriendje. [2] 
92 % van de Nederlanders;
51 % van de Vlamingen.[3]
  1. Ginneken, Jaap van
    Gek met geld [2010] ISBN 978-90-470-0379-3 pagina 64
  2. NRC 22 augustus 2015
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be