snoozen
- snoo·zen
- uit het Engels
snoozen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
snoozen |
snoozede |
gesnoozed |
zwak -d | volledig |
- in bed blijven liggen nadat men al wakker is geworden
- ▸ Sta zo snel mogelijk op als de wekker is gegaan, is de eerste tip. "Dus niet snoozen, want daarmee verleng je de tijd die je in bed ligt zonder dat je 'echt' slaapt", zegt slaapexpert Boss. Als je langer in bed wilt liggen, zet dan je wekker gewoon wat later. En blijf in totaal maximaal 8 uur in bed liggen, want dat is optimaal.[1]
- ▸ Snoozen tot vijf voor negen en in pyjama achter de laptop: thuiswerkers laten discipline varen[2]
- Het woord snoozen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Guus Dietvorst“Beter slapen? Niet snoozen, een piekerschriftje en geen beeldscherm” (20-08-2019), NOS
- ↑ Weblink bron Sanne Wolters“Snoozen tot vijf voor negen en in pyjama achter de laptop: thuiswerkers laten discipline varen” (10-12-2020), Tubantia