snerken
- sner·ken
- uit het Noors [1]
snerken [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
snerken |
snerkte |
gesnerkt |
zwak -t | volledig |
- Het woord snerken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "snerken" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
27 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ snerken op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be