Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • slot·be·drijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slotbedrijf slotbedrijven
verkleinwoord slotbedrijfje slotbedrijfjes

Zelfstandig naamwoord

het slotbedrijfo

  1. (toneel) het laatste bedrijf van een toneelstuk
    • Het slotbedrijf is dientengevolge -door den loop der omstandigheden- de eigenlijke 'clou' van het stuk geworden.[1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. blz 94 Het Tooneel: kroniek en kritiek, Volumes 32-34
    Beijers, 1902