• slij·ping
enkelvoud meervoud
naamwoord slijping slijpingen
verkleinwoord

de slijpingv

  1. de manier waarop glas of edelsteen of andere materialen zijn geslepen
     Het laatste punt van kritiek betreft de aflevering van de bril door Eyelove. Volgens De Nes moet je opgeleid zijn om te weten hoe je de in-slijping van de glazen en de stand van de bril op het hoofd moet beoordelen.[2]
     Hij legt een vers geslepen diamant onder de microscoop: ‘Zie je dat? Die acht pijlen, en de hartvormen aan de andere kant, als je de steen omdraait? Die slijping noemen we “excellent”. Je kan alleen de witste, en meest zuivere stenen op die manier slijpen. Prachtig, toch?'[3]
72 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Virginia Groenendijk
    “Goedkope drogistenbril zorgt voor onrust bij opticiens” (18-09-2018), Tubantia
  3.   Weblink bron
    Ine Roox
    “Harten en pijlen” (01/03/2010), De Standaard
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be