Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·con·dant·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord secondantschap secondantschappen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het secondantschapo

  1. het secondant zijn; de functie van secondant

Gangbaarheid