schaatsgekte
- Geluid: schaatsgekte (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsxatsxɛktə / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈsχats.χɛk.tə/
- schaats·gek·te
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schaatsgekte | - |
verkleinwoord | - | - |
de schaatsgekte v
- het verschijnsel dat veel mensen bijzonder enthousiast worden vanwege de mogelijkheid te schaatsen op natuurijs
- Als het erop lijkt dat de Elfstedentocht geschaatst kan gaan worden, barst in Nederland de schaatsgekte los.
- Het woord 'schaatsgekte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.