sabo m

  1. zaterdag


Dagen in het Venetiaans
luni, lunij
maandag
marti
dinsdag
mèrcore, mercoli
woensdag
zioba, zoba, zòbia
donderdag
vénere, vénare, vènardi
vrijdag
sabo
zaterdag
doménega, domìnica, festa
zondag


sabo

  1. vorm van -bo, verwijzend naar een woord van klasse 14 in bezit van een woord van klasse 7 : zijn, haar, ervan

sabo

  1. vorm van -bo, verwijzend naar een woord van klasse 2 in bezit van een woord van klasse 7 : hun, ervan