Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rug·dek·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rugdekking rugdekkingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

rugdekking v

  1. bescherming aan de achterkant zodat men zich geheel op de vijand aan de voorzijde kan richten
    • Daarbij: de vacature voor de negende rechter in het Hooggerechtshof kan nu benoemd worden. Tot nu toe lukte Obama dat niet, omdat de Republikeinen in de Senaat een benoeming van een progressieve rechter tegenhielden. Trump hoeft geen obstructie te vrezen. Het Hooggerechtshof heeft grote macht in Washington, en kan hem juridische rugdekking bieden. [1] 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. NRC Guus Valk 9 november 2016
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be