Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • room·ser·vice
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord roomservice -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de roomservicem

  1. dienstverlening in hotels voor het verzorgen van eten en drinken op de kamer
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be