rondkijken
- Geluid: rondkijken (hulp, bestand)
- rond·kij·ken
- samenstelling van rond en kijken
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
rondkijken |
keek rond |
rondgekeken |
klasse 1 | volledig |
rondkijken
- inergatief de blik onderzoekend in verschillende richtingen richten
- Hij keek wat rond en besloot ergens in het midden plaats te nemen.
- Het woord rondkijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rondkijken" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be