rolstoelbasketbalteam

  • rol·stoel·bas·ket·bal·team
enkelvoud meervoud
naamwoord rolstoelbasketbalteam rolstoelbasketbalteams
verkleinwoord rolstoelbasketbalteampje rolstoelbasketbalteampjes

het rolstoelbasketbalteamo

  1. groep sporters die samen spelen tegen een ander team in een rolstoelbasketbalwedstrijd
    • Piet was de aavoerder van het rolstoelbasketbalteam. 
    • Een rolstoelbasketbalteam bestaat uit maximaal 12 sporters waarvan er 5 tegelijk in het veld zijn.