rijgt aaneen
- Geluid: rijgt aaneen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɛixt anˈen / (3 lettergrepen)
- rijgt aan·een
vervoeging van |
---|
aaneenrijgen |
rijgt (…) aaneen
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenrijgen
- Jij rijgt aaneen.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenrijgen
- Hij rijgt aaneen.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aaneenrijgen
- Rijgt aaneen!
- Het woord rijgt aaneen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.