• rij grijs
vervoeging van
grijsrijden

rij grijs

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grijsrijden
    • Ik rij grijs. 
  2. gebiedende wijs van grijsrijden
    • Rij grijs! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grijsrijden
    • Rij je grijs?