Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·no·va·tie·pro·ject
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord renovatieproject renovatieprojecten
verkleinwoord renovatieprojectje renovatieprojectjes

Zelfstandig naamwoord

het renovatieprojecto

  1. het uitvoeren van activiteiten om een gebouw te laten voldoen aan moderne eisen vanuit wet- en regelgeving
     New York heeft ogenschijnlijk geen kleuren meer, het daglicht onthult een stad die gereduceerd is tot één groot renovatieproject waarbij het behang van de muren is gescheurd, de vloeren zijn opengebroken en kapotte ramen wijd openstaan; niemand heeft zin om aan deze klus te beginnen, iedereen wacht hoopvol op de werklui die vandaag ook wel niet zullen komen opdagen.[1]
     President Macron beloofde direct na de brand dat de kathedraal in 2024 helemaal hersteld is, maar die kans lijkt klein. Het renovatieproject werd al meerdere keren vertraagd, onder meer doordat er giftige loodresten werden gevonden rond de kerk. Ook is het project vertraagd door storm en door de coronacrisis.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)
    “Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium  , ISBN 9789057598500
  2.   Weblink bron “Belangrijke stap renovatie Notre Dame: bouwsteigers verwijderd” (24-11-2020), NOS