regensensor

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  regensensor    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• re·gen·sen·sor

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  regen zn  en  sensor zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	regensensor	regensensoren regensensors
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de regensensor m

1. detector die meet of het regent

   ▸ De stad experimenteert al langer met het verkorten van wachttijden voor fietsers. Op een ander punt in de stad werd eerder al een regensensor geplaatst waardoor fietsers in de regen vaker mogen doorrijden.

   ▸ Fietsers in de stad Groningen hoeven straks niet langer meer in de stromende regen te wachten op het stoplicht. Een deel van de stoplichten in de stad krijgt regensensoren: als het dan regent of sneeuwt springt het fietslicht sneller op groen. In november vorig jaar kreeg Groningen het eerste fietsvriendelijke verkeerslicht. De sensor werd op de proef geïnstalleerd op de Oosterbrug en moest in een half jaar tijd zijn nut bewijzen. De proef is geslaagd, volgens de gemeente waren de meeste fietsers en andere weggebruikers positief.

Gangbaarheid

• Het woord regensensor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.