rechtenstudente
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rech·ten·stu·den·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rechtenstudente | rechtenstudentes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de rechtenstudente v
- vrouw die een juridische studie volgt
- ▸ Henning Sjôstrand en rechtenstudente Louise, vierentwintig jaar, trouwden groots, een reuzenbruiloft in de Oscarskyrkan, diner dansant in het Riddarhuset, galakleding.[1]
Gangbaarheid
- Het woord rechtenstudente staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535