rangonderscheidingsteken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rang·on·der·schei·dings·te·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rang zn en onderscheidingsteken zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rangonderscheidingsteken | rangonderscheidingstekens |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het rangonderscheidingsteken o
- uiterlijk teken waarmee wordt aangeven welke rang iemand bekleedt in een organisatie
- ▸ Het kwam niet doordat hij een politieman was met rangonderscheidingstekens die een hoofdcommissaris of iets overeenkomstigs toekwamen.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'rangonderscheidingsteken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691