ramsjen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ramsjen    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈrɑmʃə(n) / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• ram·sjen

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van ramsj met het achtervoegsel -en

Werkwoord

ramsjen

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
ramsjen	ramsjte	geramsjt
zwak -t	volledig

1. tegen een lage prijs ongeregelde goederen opkopen

Verwante begrippen

• verramsjen

Gangbaarheid

• Het woord ramsjen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ramsjen" herkend door:

40 %	van de Nederlanders;
22 %	van de Vlamingen.