rampaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ram·paal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ram en paal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rampaal | rampalen |
verkleinwoord | rampaaltje | rampaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
de rampaal m
- vóór een gevel in de grond verankerde paal die ramkraken moet voorkomen
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord rampaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.