Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pro·fi·teer·den mee
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
meeprofiteren

profiteerden (...) mee

  1. meervoud verleden tijd van meeprofiteren
    • Wij profiteerden mee. 
    • Jullie profiteerden mee. 
    • Zij profiteerden mee. 

Gangbaarheid