privébezoek
- Geluid: privébezoek (hulp, bestand)
- pri·vé·be·zoek
- samenstelling van privé bn en bezoek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | privébezoek | privébezoeken |
verkleinwoord | privébezoekje | privébezoekjes |
het privébezoek o
- informeel bezoek dat iemand als particulier brengt
- ▸ Koning Willem-Alexander en zijn gezin gingen de afgelopen jaren regelmatig op bezoek bij Máxima's ouders in Argentinië. Op hun beurt reisden ook Jorge Zorreguieta en zijn echtgenote naar Nederland. Met name voor privébezoeken. Veel foto's van hun samenzijn, zijn de afgelopen jaren niet gemaakt in Nederland en Argentinië.[1]
- ▸ Mohammed VI is deze week voor een privébezoek in Amsterdam en maakte onder andere gekleed in kleurrijke jas en spijkerbroek een wandelingetje in Amsterdam. Elke dag verschijnen er op zijn facebookpagina foto's met in Nederland wonende Marokkanen.[2]
- Het woord privébezoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Tom Tates“Jorge Zorreguieta en dochter Máxima zagen elkaar geregeld” (09-08-2017), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Mohammed VI doneert 30.000 euro aan moskee Amsterdam” (11-01-2017), Tubantia