portion
- Geluid: portion (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈpɔːʃən/
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to portion |
he/she/it | portions |
verleden tijd | portioned |
voltooid deelwoord |
portioned |
onvoltooid deelwoord |
portioning |
gebiedende wijs | portion |
portion
- overgankelijk verdelen, portioneren
- «Simply portion the servings into a plastic freezer bag or another airtight container then seal, label and date.»
- Eenvoudig verdeel de porties in plastic diepvrieszakjes of andere luchtdichte containers daarna sluit af, etiketteer en dateer hen.
- «Simply portion the servings into a plastic freezer bag or another airtight container then seal, label and date.»
- overgankelijk uitdelen
- overgankelijk met een huwelijksgift bedelen
- portion out
Naar frequentie | 4196 (naamwoord) |
---|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
portion | portions |
portion