• ploe·te·raar
enkelvoud meervoud
naamwoord ploeteraar ploeteraars
verkleinwoord ploeteraartje ploeteraartjes

de ploeteraarm

  1. iemand die harde moeizame arbeid verricht zonder veel plezier of voldoening
    • De sombere magere man is een echte ploeteraar.