ploeteraar
- Geluid: ploeteraar (hulp, bestand)
- ploe·te·raar
- Naamwoord van handeling van ploeteren met het achtervoegsel -aar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ploeteraar | ploeteraars |
verkleinwoord | ploeteraartje | ploeteraartjes |
de ploeteraar m
- iemand die harde moeizame arbeid verricht zonder veel plezier of voldoening
- De sombere magere man is een echte ploeteraar.
- Het woord ploeteraar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.