pharen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pharen    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈfarə(n) / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• pha·ren

Woordherkomst en -opbouw

• phare met uitgang -en

Zelfstandig naamwoord

de pharen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord phare

   ▸ Als je nog verder dan honderd kunt zien door openbare verlichting, dan mag je de grootlichten (pharen in de volksmond) niet aansteken.

Synoniemen

• phares

Gangbaarheid

• Het woord 'pharen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.