Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pen·si·on·kos·ten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pensionkosten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de pensionkostenmv

  1. geld dat men moet betalen als men in een pension verblijft
     De wethouder woonde nog in Leersum toen hij in Vlissingen wethouder werd. Daarom zat hij tijdelijk in een pension in Vlissingen. Hij mocht negentig procent van de pensionkosten declareren. Dat geld werd bovenop zijn salaris gestort.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Wethouder declareerde onterecht” (Woensdag 21 augustus 2013, 20:30), NOS