Nederlands

 
patrouilleschip
Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·trouil·le·schip
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord patrouilleschip patrouilleschepen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het patrouilleschipo

  1. relatief klein vaartuig dat wordt gebruikt voor inspectie en bewaking
     Eerder deze maand was er ook al een kleine rel in de wateren bij Gibraltar. Toen joegen drie kleine schepen van de Royal Navy een groot Spaans patrouilleschip weg dat het Britse territorium was binnengevaren.[1]
     Patrouilleschip RPA3 dient als testvaartuig en wordt vanmiddag gepresenteerd. Op het dak van de stuurhut zijn camera's geplaatst die de omgeving in beeld brengen. Kades, andere schepen, bruggen: de camera's zien alles. "Ook die drenkeling die op een meter of 5 voor het schip in het water ligt", zegt Ton van der Weele, die namens het Havenbedrijf Rotterdam bij het project betrokken is.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Spaans schip deelt bevelen uit in Britse wateren Gibraltar” (Maandag 18 februari 2019, 10:30), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Haven Rotterdam bereidt zich voor op zelfvarende schepen” (Donderdag 4 oktober 2018, 07:44), NOS