patate
patate v
- (plantkunde) aardappel Solanum tuberosum
- (voeding) aardappel, pieper [1]
- (spreektaal) stommeling, ezel, sufkop [1]
- (spreektaal) vuistslag, klap
- «Tarik, il a mis une patate à Farid parce qu’il l’a vu embrasser sa sœur.»
- Tarik heeft Farid een dreun verkocht omdat hij hem heeft zien zoenen met zijn zus. [1]
- «Tarik, il a mis une patate à Farid parce qu’il l’a vu embrasser sa sœur.»
- (spreektaal) bedrag van 10.000 euro [1]