Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • par·le·men·ta·ris·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parlementarisme
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het parlementarismeo

  1. (politiek) het regeren met een volksvertegenwoordiging als hoogste macht
     Waarom een onvermijdelijkheid?'`Wat nou, bent u een klein kind of doet u alsof? Bent u soms van de maan komen vallen? Lamlendige veelvraten jakkerden hongerende zwoegers af, joegen ze de dood in, en zo had het moeten blijven? En andere vormen van bespotting en tirannie? Begrijpt u de rechtmatigheid van de volkswoede dan niet, de wens om rechtvaardig te leven, de zoektocht naar de waarheid? Of meent u dat een radicale omwenteling in de doema's tot stand gebracht had kunnen worden, door middel van het parlementarisme, en dat we het zonder dictatuur kunnen stellen?'`Wij hebben het over verschillende dingen, en al discussiëren we honderd jaar, we zullen het nergens over eens worden.[2]
     Wat zijn wel algemene kenmerken van het fascisme? Onder andere de neiging een systematisch onderscheid te maken tussen het volk en een perverse politiek-parlementaire elite die puur op eigen gewin uit is en het volk bedriegt. Alleen de fascistische leider begrijpt het volk en komt daarvoor op, terwijl het parlementarisme neerkomt op de heerschappij van leugenaars en volksverlakkers. Komt dit bekend voor?[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot  , ISBN 9789028261396
  3.   Weblink bron
    Daniel Knegt
    “'Theodor Holman heeft geen flauw benul van fascisme'” (23 september 2015), Het Parool