pardoen
- par·doen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pardoen | pardoens |
verkleinwoord | pardoentje | pardoentjes |
- (scheepvaart) verstaging van een steng
- Het woord pardoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pardoen" herkend door:
26 % | van de Nederlanders; |
37 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ pardoen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be