Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·niek·knop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paniekknop paniekknoppen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de paniekknopm

  1. al of niet figuurlijke knop waarop men kan drukken als er een ongewenste of rampzalige gebeurtenis dreigt
     Om de veiligheid van de passagiers te garanderen zijn de voertuigen uitgerust met gps en een paniekknop. Ook zijn de chauffeurs gescreend door de politie.[1]
     De bodycam is uitgerust met een zaklamp, infraroodcamera en UV-licht om valse biljetten te kunnen herkennen. Als de bezorger de zogeheten paniekknop indrukt wordt het beeld live doorgeschakeld naar de alarmcentrale.[2]
     Ook SP'er Maarten Hijink vindt dat het kabinet te weinig heeft gedaan om de zorgcapaciteit te vergroten. "Ze staan met de rug tegen de muur en nu rest alleen nog de paniekknop." Hijink wil net als zijn collega Lisa Westerveld van GroenLinks dat er weer meer getest gaat worden om zicht te houden op het virus.[3]
     René Meulensteen is verbaasd over zijn ontslag als trainer bij Fulham. "Ze hebben op de paniekknop gedrukt op basis van emoties en angst. Maar ja, dat is voetbal", reageerde de Nederlander tegenover de BBC.[4]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Roze vrouwenriksja's in Gurgaon” (Zaterdag 12 januari 2013, 08:27), NOS
  2.   Weblink bron “In Nijmegen dragen maaltijdbezorgers nu ook een bodycam” (Zaterdag 29 februari 2020, 21:11), NOS
  3.   Weblink bron “Kamer onderbreekt reces voor debat over lockdown” (Dinsdag 21 december 2021, 06:55), NOS
  4.   Weblink bron “Meulensteen: Fulham in paniek” (Zaterdag 15 februari 2014, 10:24), NOS