overjagen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·ja·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van over bw en jagen ww
Werkwoord
overjagen (scheidbaar) [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
overjagen |
jaagde over joeg over |
overgejaagd |
klasse 6
zwak -d
|
volledig |
- iets of iemand ergens overheen laten bewegen
- Los van het feit dat ‘de grens overjagen’ een valse voorstelling van zaken is (Unilever houdt vooralsnog zijn duale structuur), heb ik in de Britse pers gek genoeg niks gelezen over het perfide Nederlandse dividenddebat. Ik heb geregeld de Financial Times erbij gepakt, dé spreekbuis van vermogend en beleggend Groot-Brittannië, en daaruit blijkt niet dat ze zich grote zorgen maakten over het belastingdebat in Nederland. [2]
overjagen (niet scheidbaar)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
overjagen |
overjaagde overjoeg |
overgejaagd |
zwak -d | volledig |
- te veel haasten
- iets of iemand uitputten
Gangbaarheid
- Het woord overjagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "overjagen" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Volkskrant 7 oktober 2018 Mark Rutte is op wrede wijze achter het motto van grote bedrijven gekomen: als je loyaliteit wil, neem een hond
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be