Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oven·ven·ster
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ovenvenster ovenvensters
verkleinwoord ovenvenstertje ovenvenstertjes

Zelfstandig naamwoord

het ovenvenstero

  1. raampje in de oven van een fornuis waarmee men het bakken in de gaten kan houden

Gangbaarheid