opvaren
- op·va·ren
- samenstelling van op en varen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opvaren |
voer op |
opgevaren |
klasse 6 | volledig |
opvaren
- een rivier stroomopwaarts bevaren
- Zij voeren de rivier de Neuse op.
- een groot water, bijvoorbeeld een zee of oceaan gaan bevaren
- Zij voeren bij Hoek van Holland de Noordzee op.
- Het woord opvaren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opvaren" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be