Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·prop·tang
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opproptang opproptangen
verkleinwoord opproptangetje opproptangetjes

Zelfstandig naamwoord

de opproptangv / m

  1. (gereedschap), (metaalbewerking) een tang waarmee het uiteinde van een loden pijp taps wijder gemaakt kan worden
    • Hier heb je echt een opproptang voor nodig. 

Gangbaarheid