• op·la·ge·da·ling
enkelvoud meervoud
naamwoord oplagedaling oplagedalingen
verkleinwoord

de oplagedalingv

  1. het verminderen van het aantal exemplaren dat van een krant of tijdschrift is gedrukt
     Vorig jaar maakte Sanoma bekend te gaan reorganiseren. 32 titels werden in de etalage gezet en 500 banen verdwenen. Het bedrijf had last van een forse oplagedaling en teruglopende advertentie-inkomsten. Het bedrijf besloot zich toen te richten op zeventien "sterkte titels", zoals Libelle en Donald Duck. De vier glossy's komen daar dus bij.[1]
     Bereik De oplagedaling bij de gratis kranten is nog groter, maar dat is voor een groot deel het gevolg van het verdwijnen van DAG. Bovendien bracht De Pers zijn oplage terug van 300.000 naar 158.000 per dag. Ook drukten Metro en Spits minder exemplaren.[2]


  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Sanoma zet in op glossy's” (Maandag 13 oktober 2014, 12:17), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Oplages dagbladen blijven dalen” (Dinsdag 5 januari 2010, 12:23), NOS