opfrisverlof
- op·fris·ver·lof
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | opfrisverlof | opfrisverloven |
verkleinwoord | - | - |
het opfrisverlof o
- verloftijd voor wetenschappelijk en onderwijzend personeel met name om kennis op te doen
- Het woord opfrisverlof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.