opbaren
- op·ba·ren
- samenstelling van op en baren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opbaren |
baarde op |
opgebaard |
zwak -d | volledig |
opbaren
- overgankelijk een overledene klaarleggen voor het afscheidnemen door familie en anderen
- Hij werd opgebaard in het uitvaartcentrum.
- Het woord opbaren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opbaren" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be