ontplooien
- Geluid: ontplooien (hulp, bestand)
- ont·plooi·en
- Naamwoord van handeling van plooien met het voorvoegsel ont-
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ontplooien |
ontplooide |
ontplooid |
zwak -d | volledig |
ontplooien [1]
- overgankelijk ontwikkelen
- ▸ Modern zijn betekent geloven dat we alles uit het verleden steeds weer kunnen overtreffen: er lijkt geen einde mogelijk aan de groei van onze nationale welvaart, kennis, technologie, politieke structuren en ons vermogen om ons, in de breedste zin van het woord, te ontplooien.[2]
1.
- Het woord ontplooien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ontplooien" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Hoe overleef ik de moderne wereld” (2033), Atlas Contact , ISBN 9789045045979
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be