ongeneigd
- on·ge·neigd
stellend | |
---|---|
onverbogen | ongeneigd |
verbogen | ongeneigde |
partitief | ongeneigds |
ongeneigd
- geen voorkeur hebbend, niet bereid
- Amerikaanse vrouwen hebben kuren en zijn veeleisend. Zij hebben eigen huizen, eigen banen, soms ook eigen kinderen en zijn ongeneigd te verhuizen. [2]
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ongeneigd" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Oliveira, U. d'Begrip schijnhuwelijk wordt misbruikt (1 mei 2003) op website: trouw.nl; geraadpleegd 2019-08-30
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be