onderbroekenlol
- on·der·broe·ken·lol
- samenstelling van onderbroek en lol met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onderbroekenlol | |
verkleinwoord | onderbroekenlolletje |
- grappen over seksuele of platte onderwerpen.
- De studenten hadden tijdens hun uitgaansnacht veel onderbroekenlol.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord onderbroekenlol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.