Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·broe·ken·lol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onderbroekenlol
verkleinwoord onderbroekenlolletje

Zelfstandig naamwoord

de onderbroekenlolv / m

  1. grappen over seksuele of platte onderwerpen.
    • De studenten hadden tijdens hun uitgaansnacht veel onderbroekenlol. 

Meer informatie

Gangbaarheid